Moderne accu’s die gebruik maken van de zogenaamde Lithium-Ionen-Polymeer techniek zijn erg gevoelig voor mishandeling bij het laden, ontladen en bewaren. Vandaar een klein stukje tekst over de juiste behandeling van deze hooggewaardeerde begeleiders van onze mooie hobby.
Een paar algemene richtlijnen :
Accu’s zijn bij verkeerde behandeling gevaarlijk ! Houdt je daarom aan een paar richtlijnen tijdens het hanteren van deze.
1 : Draag geen sierraden als ringen, kettingen etc. Deze veroorzaken mogelijk sluiting met nare brandwonden als gevolg.
2 : Laden doe je op een onbrandbare ondergrond, buiten bereik van brandbare stoffen. Liefst buiten dus….
3 : Laden doe je onder toezicht, dus niet ’s nachts als je ligt te slapen.
Laden :
Het laden van LiPo accu’s doe je met een lader die er specifiek voor gemaakt is. LiPo laders kunnen meestal ook een accupack “balanceren”, dat wil zeggen dat alle individuele cellen binnen de accu op dezelfde spanning gebracht worden. Dit doet de lader door een beetje stroom via de balanceer aansluiting om de cel met de hoogste spanning te leiden, waardoor deze minder snel geladen wordt dan de andere cellen.
Voor een lange levensduur van de accu is het van belang dat je deze niet boven de maximale waarden laadt. Op de meeste lipo’s staat voor de laadstroom op het accupack aangegeven een “C” waarden. Deze C-waarde is de vermenigvuldigingsfactor met de capaciteit van de accu, waarmee je de maximale laadstroom kunt bepalen. Als de C waarde niet aangegeven is, neem dan een veilige waarde van 1C.
Ook de maximale eindspanning per cel staat aangegeven. Voor een normale Lipo is dit 4.2 Volt.
B.v :
Op een 4400 mAh accu staat aangegeven dat de max. laadstroom 2C is.
Om te bepalen welke stroom (A) je maximaal mag instellen neem je de capaciteit van de accu 4400 mAh (milli Ampère uur) en deelt dit door 1000. Dat is in dit voorbeeld dan 4.4 Ah (Ampère uur). Deze waarde vermenigvuldig je dan met de “C” waarde om de max laadstroom te krijgen.
Dat geeft dan 4.4 (Ah) x 2C => 8.8 Ampère.
Als je de lader instelt op de juiste accusoort en de balanceerfunctie gebruikt, wordt bij het bereiken van de maximale eindspanning het laden automatisch gestopt. De accu is dan 100% vol.
Nieuwe accu, de eerste keer gebruiken :
Als je een nieuwe LiPo accu hebt gekocht, dan is deze meestal geladen tot ongeveer 3.8 Volt per cel. Dat komt overeen met circa 40% vol. Dit noemt men de bewaarlading of “Storage charge”.
Voordat je de eerste keer gaat vliegen, laadt de accu eerst helemaal op.
Verder is niets nodig, dus NIET “formeren” zoals bij een NiCad accu !
Een nieuwe accu heeft ca. 10 laad en ontlaad cycli nodig om helemaal “wakker” te worden. Belast deze dan ook nog niet vol en doe een beetje rustig aan met de vliegtijd.
Ontladen :
Een Lipo accu te diep ontladen is 1 van de snelste manieren om hem defect te maken. Ga niet dieper dan 20%.
Als je een nieuw vliegtuig hebt, vlieg dan een rondje van een paar minuten en land dan. Daarna de accu laden en opschrijven hoeveel mAh er weer bijgeladen is.
De volgende ronde kun je dan iets langer vliegen, totdat je ongeveer 70 tot 80 % van je accu capaciteit bijlaadt. Zet een timer op je zender zodat je hier niet overheen gaat.
Houdt er rekening mee dat de capaciteit van de accu sterk terugloopt bij koud weer, dus in de winter niet zo lang vliegen en je lading in de gaten houden !
Na het vliegen :
Maak de laatste vlucht van de dag iets korter dan de normale, zodat de accu nog ongeveer halfvol is. Dan kun je hem ook langere tijd gewoon bewaren zonder problemen. Dus niet volgeladen wegleggen in de kast, dan slijt de accu namelijk sneller !